'k was zo blij vanmorgen en
vanmiddag ,
met geluid van
klokken
in de buurt
ze vertederen
omarmend
troostend
alles van verleden
en wat nu
niet meer;
drie werkwoorden nog laat ik
langs mijn
beekjewandeling liggen,
toevertrouwd
aan wensen:
kunnen , willen , mogen.
Moeten weegt altijd 't zwaarst
bij de geboorte; hij roept
ook veel rebel op
waar je hem ook tegenkomt.
In bange dagen tilt die kerel wel
de steen weg,
op hoop gelegd ,
die andere broers die dat bij
manier van slechte grap al
op een verloren hoopje
moestuin van
vrede , liefde , vriendschap
en kerstversiering met Pasen
de hele tuin hadden
versierd .
Graag wil ik geloven in het
rationele
maar ook in veel van dàt
tussen hemel en
aarde ,
Als van een steen die
van een grot weggerold,
een dood lichaam
verdwenen
en dan weer :Hij werd gezien.
Onmiskenbaar Pasen in
verhaal , muziek,
stilte ,
en zo af en toe een klok,
niet in kleurpotloden bij een
prentje , alleen.
rose-anne, (Pasen 2020)
foto Cie Colruyt